
Kleng, kleng, kleng! Het is een uur of vijf in de ochtend en we worden wakker van gebel en gechant. Hoe kan je India beter ervaren dan in een ashram, dachten we. Dus hebben we geboekt voor een tweeweekse yoga course in Parmarth Niketan, een ashram aan de oever van de Ganges en de voet van de Himalaya in het noorden van India. Onze dag begint om 6.30 uur met anderhalf uur yoga, dan ontbijt, een paar uur theorie en chanten, lunch, rust, een uur yoga, aarti bij zonsondergang (een dagelijks ritueel aan de Ganges) diner en uiteindelijk meditatie voor het slapen gaan. De ashram heeft een aantal tuinen en pleintjes, is een oase van rust (tenminste, als je het vergelijkt met het India buiten het complex) en staat open voor buitenstaanders. Iedereen kan er voor een paar euro slapen en eten. We maken intensief kennis met de hindoeïstische rituelen en gebruiken en lopen ook keihard tegen onze westerse opvoeding en manier van denken aan: na anderhalf uur mantra’s herhalen bij een vuurtje ga je toch denken: jee, wat als al deze mensen al deze tijd nou eens anders zouden gebruiken, zou er dan nog steeds zoveel armoede in India zijn? En zou het leven hier dan beter worden, of juist niet? Want zíj vinden weer dat wij arm zijn, zonder spiritualiteit. Ook het hoge gehalte aan acceptatie (‘het leven is zoals het is’) is aan de ene kant heel mooi en rustgevend, maar ook beknellend. We ontmoeten meisjes die (nog) niet willen trouwen, werkende jonge mannen die eigenlijk zouden willen studeren, jongeren die zouden willen reizen ‘maar zo gaat dat hier niet’. Voor ons westerlingen, heilig gelovend in het feit dat het leven in ieder geval deels maakbaar is en je je dromen vaak kunt vervullen als je echt wilt, zijn deze gesprekken heel frustrerend. En zo komen er tijdens een gemiddelde dag in India nog honderden gedachten, vragen en dillemma’s op. Het is absoluut een bestemming die je uit je comfort zone slingert.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten