donderdag 21 mei 2009

Langzaam wennen



















Onze eerste dag in Delhi (we zijn ’s ochtends vroeg aangekomen na een nachtvlucht) besluiten we onze blootstelling aan de stad te beperken tot een paar uur. Zodat we daarna een paar uur in foetushouding onder de dekens kunnen liggen… We maken er grappen over, maar wil je Delhi in een rekenkundige formule samenvatten, dan zou het zoiets zijn: (Marakesh + Cairo)²= Delhi. Het vuil, de armoede, de bedelaars, het lawaai, de stank, de smog, maar vooral de sjaggeraars die individuele reizigers geen seconde met rust laten, zijn overweldigend. Onze zintuigen draaien overuren en het blijkt helaas moeilijk om mensen met een open blik tegemoet te blijven treden als je vertrouwen ontelbare keren wordt geschaad. We ontdekken de stad en meer, namelijk dat twee dingen hier heel belangrijk zijn: weet waar je bent en weet wat je wilt. Zelfs in het hotel zijn we niet veilig en worden we elke ochtend ondervraagd over wat we gaan doen en krijgen we te horen dat we eerst naar een reisbureau van een vriend ‘moeten’, daarna zijn we ‘vrij’ om te doen wat we willen. We ontdekken ook dat beleefd zijn hier erg veel tijd gaat kosten en sneaken vanaf dag twee snel langs de receptie en reageren niet meer op elke ‘excúse me’ op straat. Op dag drie krijgen we ineens onverwacht een eerlijk antwoord als we de weg naar een koffiehuisje vragen. En diezelfde dag heeft een boekhandel inderdaad het boek met treintijden dat we zoeken. Maar we zijn sceptisch en gaan er vanuit dat het niet klopt, tot het tegendeel is bewezen. We schrikken van deze kant van onszelf en vinden het erg vermoeiend om de hele dag aangesproken te worden en op je hoede te moeten zijn.

Geen opmerkingen: